Voeding en leefstijl bij blaaskanker

Voeding en kanker

Hoe beïnvloedt leefstijl de vooruitzichten van blaaskankerpatiënten?

​Met ruim 6.000 nieuwe diagnoses per jaar is blaaskanker een van de meest voorkomende vormen van kanker in Nederland. Het is bovendien, gerekend naar zorgkosten per patiënt, de duurste vorm. Dat komt door het hoge risico op terugkeer van de ziekte, waardoor patiënten voortdurend onder controle blijven en vaak meerdere behandelingen moeten ondergaan. Epidemiologe Alina Vrieling van het Radboudumc in Nijmegen onderzoekt hoe voeding en leefstijl van patiënten precies van invloed zijn op het verloop van de ziekte.

Al sinds haar studie Voeding & Gezondheid in Wageningen is Alina Vrieling geïnteresseerd in het verband tussen voeding en kanker. Bij het NKI en het RIVM deed ze op dat gebied onderzoek naar het voorkomen van borst-, darm- en alvleesklierkanker. ‘Er is al heel veel onderzoek verricht naar voeding en het risico op kanker, en daarin zijn voor verschillende kankersoorten verschillende risicofactoren gevonden,’ vertelt Vrieling. ‘Maar over de leefstijlfactoren die een rol spelen bij het verloop van de ziekte is heel veel minder bekend dan over het ontstaan ervan. Daar valt nog veel te ontdekken.’ Bij het Duitse Kankerinstituut bestudeerde ze daarom de rol van voeding bij het verloop van borstkanker.

Vermoedens bevestigen

Waarom nu speciaal de aandacht op blaaskanker? ‘Er is nog maar weinig bekend over de factoren die het verloop van blaaskanker beïnvloeden, alleen roken hangt waarschijnlijk samen met een slechter verloop. We vermoeden dat stoppen met roken, een hoge vochtinname en veel groente en fruit eten een positief effect hebben, maar dat is nog nooit aangetoond,’ zegt Vrieling. ‘Ondertussen komen mensen wel met heel concrete vragen bij hun uroloog: “Moet ik per se stoppen met roken? Kan ik iets doen met voeding wat mijn prognose verbetert?” Daar wil je antwoorden op kunnen geven waarvan bewezen is dat ze kloppen.’

Bij sommige blaaskankerpatiënten keert de kanker wel 20 keer terug.

Bij de meest voorkomende vorm van blaaskanker heeft de tumor zich nog niet uitgebreid in het spierweefsel dat de blaas omringt. Patiënten met deze vorm hebben een 5-jaarsoverleving van meer dan 90%, maar bij een meerderheid van ongeveer 60% keert de tumor binnen 5 jaar terug. ‘Het schijnt dat de tumor bij sommige patiënten wel 20 keer terugkeert en dat ze daarmee toch heel oud kunnen worden. De voortdurende controles die nodig zijn en de herhaalde chemotherapiespoelingen maken blaaskanker een zeer belastende vorm van kanker met een grote invloed op de kwaliteit van leven van patiënten. Daarom is het heel belangrijk om te weten wat ervoor zorgt dat de tumor terugkeert, om zo de kans daarop te kunnen verkleinen en de kwaliteit van leven te vergroten.’

Meerdere factoren

Het onderzoek van Alina Vrieling en haar promovenda Ellen Westhoff richt zich daarom op patiënten tussen de 18 en 80 jaar bij wie kort geleden voor het eerst blaaskanker is geconstateerd. Op een aantal vaste momenten na de eerste diagnose wordt deelnemers onder meer gevraagd een ruim 40 pagina's dikke voedselfrequentievragenlijst in te vullen met gedetailleerde vragen naar de consumptie van bijvoorbeeld soorten groenten en fruit van de afgelopen maand. Ook wordt gevraagd naar zaken als het rookgedrag en het gewicht van deelnemers, en wordt van patiënten bloed afgenomen waarmee informatie over eetgedrag kan worden afgeleid. Maar voeding en leefstijl zijn niet de enige factoren die een rol spelen in het ziekteverloop. Daarom worden ook gegevens over de gevolgde behandeling, allerlei tumorkarakteristieken, het medicijngebruik en de ziektegeschiedenis van patiënten verzameld. ‘Daarvan is al bekend dat ze van invloed zijn op de vooruitzichten van patiënten. Aan de hand van het afgenomen bloed hopen we in een eventueel vervolgonderzoek ook genetische factoren aan te kunnen wijzen. Zo krijgen we inzicht in een heel breed scala aan factoren die het ziekteverloop kunnen voorspellen.’

Handvatten

In mei 2014 zijn de eerste patiënten via het Integraal Kankercentrum Nederland benaderd om deel te nemen aan de studie. Inmiddels zijn 16 ziekenhuizen betrokken bij het onderzoek en worden nu ruim 100 patiënten gevolgd. ‘De bereidheid onder urologen om mee te werken is groot, uiteindelijk hebben alle ziekenhuizen die we benaderd hebben hun medewerking toegezegd’, zegt Vrieling. ‘Van de benaderde patiënten blijkt ongeveer de helft bereid om mee te doen. We hadden gehoopt op iets meer, maar voor velen is de belasting vermoedelijk toch te groot.’

We vermoeden dat een hoge vochtinname en veel groente en fruit eten een positief effect hebben, maar dat is nog nooit aangetoond.

Uiteindelijk mikken de onderzoekers op 1.000 deelnemers, die liefst ook na de geplande projectduur van 4 jaar nog gevolgd kunnen blijven worden. ‘Geldschieters als Alpe d'HuZes en KWF willen terecht het liefst zo snel mogelijk resultaat zien, maar dat is wat betreft uitspraken over terugkeer van de tumor maar beperkt mogelijk,’ stelt Vrieling. ‘Hopelijk kunnen we daarvoor te zijner tijd financiering voor vervolgonderzoek aantrekken. Wel kunnen we al uitspraken doen over de invloed van voeding en leefstijl op de kwaliteit van leven. Ons uiteindelijke doel is om effectieve interventies voor blaaskankerpatiënten te kunnen ontwikkelen en hun handvatten te bieden waarmee ze in staat zijn zelf hun prognose te verbeteren.’