Onderzoeker van de week: René Medema
Genetisch instabiele kankercellen over het randje duwen
Kankercellen zijn genetisch zeer instabiel. Dat betekent dat ze hun genetische informatie heel makkelijk kunnen veranderen. Van bepaalde genen kunnen ze meer krijgen, de functies van andere genen kunnen ze verliezen. En dat maakt ook hun gedrag zo grillig.
Onderzoeker van de week prof. dr. René Medema vergelijkt het met een potje kaarten. “Een tumor heeft zichzelf een ideale set kaarten verworven. Die kan altijd het spelletje winnen, want hij heeft de beste troefkaarten. Als een tumor bijvoorbeeld terechtkomt in een situatie waarin er minder zuurstof is, kan hij zich aanpassen zodat hij daarmee om kan gaan. Omdat hij genetisch zo instabiel is.”
Heeft elk nadeel zijn voordeel?
Maar die genetische instabiliteit is natuurlijk niet alleen maar voordelig. Tevéél instabiliteit leidt tot celdood, ook voor tumorcellen. Dat is dan ook een belangrijke gedachte achter dit onderzoek, legt Medema uit: “Wij denken dat we de balans naar de andere kant kunnen duwen. Om in kaarttermen te blijven: als hij zijn kaarten weer schudt en zijn beste troeven kwijtraakt voor de volgende deling, dan is dat natuurlijk heel erg ongunstig voor de tumorgroei. Daar willen wij op aangrijpen.”
Als we het onderliggende proces begrijpen, kunnen we hopelijk iets ontwikkelen om daar tegenin te gaan.
Medema en zijn onderzoeksgroep in het Antoni van Leeuwenhoek gaan daarom op zoek naar de gevoeligheden van genetisch instabiele cellen. Dat doen ze door zogenaamde ‘genetische screens’ te maken. Een onderzoekstechniek waarmee ze voor individuele genen kunnen herleiden welke eiwitten ze maken, en wat die eiwitten vervolgens voor invloed hebben op de cel. Zo hopen ze genen te vinden die ervoor zorgen dat deze instabiele cellen kunnen overleven.
Van kennis naar behandeling
Dat moet aan het eind van het project leiden tot een lijstje met genen die instabiele cellen levensvatbaar houden. “Het uiteindelijke doel is natuurlijk dat je daarmee richting een behandeling kunt, maar iets naar de kliniek brengen werkt pas goed op het moment dat je het goed begrijpt. Als we het onderliggende proces begrijpen, kunnen we hopelijk iets ontwikkelen om daar tegenin te gaan. En misschien hebben we wel geluk en vinden we een paar genen waartegen al een medicijn bestaat.”
Van jongs af aan ben ik al geïntrigeerd door de chemie van het leven. Dat moleculen ervoor zorgen dat ik nu hier zit, dat is fascinerend!
Medema benadrukt het belang van fundamenteel kankeronderzoek en het opdoen van nieuwe kennis: “Neem nou die genetische screens waarmee wij werken. Vroeger was dat niet mogelijk. Door de technologische ontwikkelingen gaan er nu deuren open die toen nog dicht zaten. We hebben nu meerdere onderzoeksprojecten lopen waarin we met die techniek werken. Daarom is fundamentele wetenschap en het bedenken waar je technologie voor nodig hebt om de volgende vraag te kunnen stellen zo belangrijk.”
In zijn functie als directeur Wetenschapsbeleid van het Antoni van Leeuwenhoek ziet Medema dagelijks de effecten van fundamenteel kankeronderzoek weerspiegeld in de klinische praktijk. “Ik vind het een mooie uitdaging om ons onderzoeksinstituut zó in te richten, dat die zo impactvol mogelijk bezig kan zijn. Maar dat vind ik sowieso mooi aan kankeronderzoek: je bedient een enorm maatschappelijk relevant aspect. Van jongs af aan ben ik al geïntrigeerd door de chemie van het leven. Dat moleculen ervoor zorgen dat ik nu hier zit, dat is fascinerend!”